Een onderneming maakt de producten A, B en C in de verhouding 3 : 5 : 8.
De onderneming heeft in de afgelopen periode 32.000 producten gemaakt.
Bereken hoeveel eenheden A, B en C er zijn gemaakt.
Stap 1: tel de verhoudingsgetallen op 3 + 5 + 8 = 16
Stap 2: deel het totaal door de som van de verhoudingsgetallen 32.000 / 16 = 2.000
Stap 3: vermenigvuldig de losse verhoudingsgetallen met de uitkomst van stap 2
A 3 x 2.000 = 6.000
B 5 x 2.000 = 10.000
C 8 x 2.000 = 16.000
Totaal 32.000
De ondernemers D, E en F verdelen hun gezamenlijke winst in de verhouding
4 : 6 : 8. Bij de laatste verdeling kreeg ondernemer F € 32.500.
Bereken hoeveel winst ondernemer D en E hebben gekregen.
Verhoudingsgetal 1 is € 32.500 / 8 = € 4.062,50
D krijgt 4 x € 4.062,50 = € 16.250
E krijgt 6 x € 4.062,50 = € 24.375